Monumentale woningen in gevaar

Op 20 september 2017 heeft minister Bussemaker in een brief aan de Tweede Kamer aangekondigd dat zij de fiscale aftrekregeling voor monumenteneigenaren per 1 januari afschaft. Daardoor worden met name de ruim 30.000 particuliere woonhuiseigenaren getroffen.

Monumenten zijn belangrijk voor ons allemaal. Zij vertellen onze geschiedenis en zijn een belangrijk deel van onze identiteit. In historische omgevingen, zoals onze prachtige binnensteden en plattelandsdorpen, voelen mensen zich goed. Studies wijzen uit dat binnensteden met een historische kern veel aantrekkelijker zijn. Niet alleen de grachtenpanden en imposante kerken, maar alle grotere en kleinere monumenten daaromheen bepalen het beeld. Daar komen toeristen en winkelend publiek op af, daar zitten de terrassen vol. Horeca en gemeente pikken daarvan hun graantje mee. Maar ook de omwonenden, want uit onderzoek blijkt dat de verkoopwaarde van niet-monumentale gebouwen in een historische omgeving hoger zijn dan elders.

Het wonen in een monument brengt beperkingen mee. De eigenaar moet voor vrijwel alle werkzaamheden een vergunning vragen. Het onderhoud van een monument is door al het maatwerk en de beperkende regels duurder dan van een ‘gewoon’ huis. Als compensatie voor deze beperkingen krijgt de eigenaar een financiële tegemoetkoming. Voor de particuliere eigenaar is de belangrijkste regeling die waarbij 80% van de kosten van instandhouding van het inkomen mogen worden afgetrokken. Als het aan minister Bussemaker en staatssecretaris Wiebes ligt komt aan deze efficiënte en doelmatige regeling binnenkort een einde. Daarvoor in de plaats komt een tijdelijke subsidieregeling, terwijl tegelijkertijd €25 miljoen op het budget wordt gekort.

De redenen die de minister aanvoert waarom de regeling moet worden afgeschaft snijden geen hout. De regeling zou niet effectief zijn, maar uit het rapport waar zij naar verwijst (een evaluatie uit 2009 in opdracht van het ministerie uitgevoerd) blijkt eerder het tegendeel. Over andere punten die zij aanvoert, waarom de regeling moet worden afgeschaft, zijn in het rapport aanbevelingen gedaan die door haar niet zijn opgepakt.

De fiscale aftrekregeling gaat over restauratie en onderhoud, de nieuwe subsidieregeling alleen over onderhoud. De alternatieven die de minister noemt als het om grotere ingrepen gaat, bieden voor de particuliere woonhuiseigenaar geen of weinig soelaas.
Over twee jaar wordt het hele stelsel van financiering van monumenten geëvalueerd.
Vereniging Bewoond Bewaard, de belangenvereniging van de particuliere monumenteneigenaar, vraagt zich af waarom de minister daar niet op wacht.

Waarom ruilt zij een goed werkende en doelmatige regeling in voor een tijdelijke, slecht doordachte oplossing die veel onzekerheid voor de eigenaren met zich meebrengt? De enige reden is dat zij op korte termijn € 25 miljoen tekort komt. Dat dit ten koste gaat van onze prachtige steden en dorpen lijkt niet belangrijk. Een historische vergissing.

Scroll naar boven